Cookie beleid Velser Zwem Vereniging

De website van Velser Zwem Vereniging is in technisch beheer van VerenigingAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Binnen de site worden er op dit moment geen analytische cookies gebruikt.

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Visie en lesplan VZV

Welkomstwoord

 

Beste leden, ouders, verzorgers, familie en vrienden van de Velser Zwemvereniging,

Van harte welkom bij de Velser Zwem Vereniging, VZV, dé grootste zwem- en waterpolovereniging van de regio IJmond. De vereniging waar sinds 1928 waterpolo wordt gespeeld, en waar vele duizenden kinderen uit de Gemeente Velsen hebben leren zwemmen.

De Velser Zwem Vereniging kenmerkt zich door hoogstaand zwemonderwijs aan te bieden, verzorgd door gediplomeerde instructeurs voor het Zwem ABC .  Daarnaast heeft VZV een grote waterpolo afdeling waar zowel plaats is voor topsport als voor de breedtesport. Iedereen is dus welkom bij VZV voor les zwemmen en/of waterpolo op zijn of haar niveau in een prettige, gezellige en vooral veilige leer- en sportomgeving. .

U wordt veel zwem- en waterpolo plezier toegewenst bij de Velser Zwem Vereniging!

 

Doelstellingen zwemonderwijs

 

De VelserZwemVereniging leidt op voor de zwemdiploma's A, B, C die worden uitgegeven door de Nationale Raad Zwemveiligheid (NRZ). Dit betekent  tevens dat de VelserZwemVereniging zich zal houden aan alle technische, inhoudelijke  en organisatorische uitgangspunten zoals zijn vastgelegd in de door de NRZ vastgestelde  'Examenregeling Nationale Zwemdiploma’s”.

Bovenal is het belangrijk dat de leerlingen met plezier naar de zwemlessen komen en het deelnemen als plezierig zullen ervaren. Binnen de zwemlessen dient een uitnodigende en veilige omgeving te worden gecreëerd, waarin motorisch gezien het maximale uit de individuele leerlingen zal worden gehaald. Dit wordt mede bereikt door een positieve benadering van de leerlingen door de zwemonderwijzers.

Het primaire doel van het elementaire zwemonderwijs is de leerlingen binnen de daartoe gestelde periodes op te leiden voor de exameneisen, zoals vastgesteld voor de diploma's A, B en C.

 

Om dit te bereiken wordt uitgegaan van zelfredzaamheid en het ontwikkelen  van veelzijdig en intensief bewegingsgedrag in het water. Onder veelzijdig verstaan we een  brede introductie in de water(zwem)cultuur, met veel aandacht voor watergewenningsaspecten die door middel van spel en speelse vormen zullen worden aangeboden. Onder zelfredzaamheid wordt verstaan dat de leerlingen na een volledige opleiding tot het A-, B- en C-diploma in staat worden geacht om te kunnen gaan met de verschillende eigenschappen van het water. Hierbij wordt concreet verwezen naar specifieke watereigenschappen, zoals het kunnen omgaan met verschillende dieptes, weerstand, draaien om de diverse lichaamsassen  en het kunnen verdragen van verschillende temperaturen. Dit dient de leerling zowel gekleed in badkleding als in buitenkleding te beleven en te kunnen hanteren. Om dit bovenstaande te realiseren, is het belangrijk dat de zwemonderwijzer het vertrouwen van de leerling heeft gewonnen. Dit vertrouwen winnen is een onderdeel om dingen te kunnen leren.

Welkom bij leszwemmen van VZV.

 

Op deze plek bieden wij informatie aan ouders/verzorgers van kinderen en de kinderen die bij de Velser Zwem Vereniging de ABC-zwemopleiding volgen.

Het behalen van een zwemdiploma is een belangrijke en grote stap in de ontwikkeling van uw kind. Het is vaak het eerste officiële diploma wat een kind in zijn/haar prille leven kan behalen. Dus echt wel een mijlpaal in het nog zo jonge leven. Onze professionals beseffen zich heel goed dat de lessen vermoeiend kunnen zijn, en de kinderen soms moeite kunnen hebben met het leren van bepaalde facetten van het zwemmen. Het is dan belangrijk dat u als ouder/verzorger uw kind steunt, inspireert en enthousiasmeert. 
Hieronder even wat spelregels en tips, die ervoor kunnen zorgen dat de kinderen de zwemlessen met het beste resultaat doorstaan:

  • Overvoer uw kind niet met activiteiten op de lesdagen.
  • Gedurende de gehele les kunt u de ontwikkelingen van uw kind vanaf de publiekstribune volgen (onder voorbehoud). Echter de ontwikkeling van de zwemkunst van uw kind is niet gebaat als steeds de aandacht van het kind wordt afgeleid doordat een van de ouders/verzorgers/broer of zus staat te zwaaien. Ook raden wij aan, indien u merkt dat uw kind oogcontact zoekt met een van de ouders/verzorgers, dat u zich dan wat tactisch opstelt. (zien zonder gezien te worden).
  • Indien uw kind/pupil een lichamelijke of geestelijke vermeldingswaardigheid heeft, is het raadzaam om de zwemjuf of –meester hiervan in kennis te stellen.
  • Filmen of fotograferen vanaf tribune of bassinrand is niet toegestaan.
  • Uit veiligheidsoverweging is het niet toegestaan om na de zwemles zich te wassen met shampoo/douchegel. 
  • Het is ouders/verzorgers niet toegestaan om vanuit de kleedkamer naar de douches te lopen om hun kinderen te helpen met afspoelen.
  • Nauwsluitende badpakken en zwembroeken helpen uw kind bij de zwemles. Het is daarom niet raadzaam om uw kind te laten leszwemmen met bermuda’s of badpakken met rokjes. 
  • De Velser Zwem Vereniging is gedurende de lesuren verantwoordelijk voor uw kind/pupil  en zullen er ook alles aan doen om voor uw kind/pupil een veilige zwemomgeving te verzorgen.
  • Echter wij weten als geen ander dat een ongelukje in een klein hoekje zit en dat een snee in een teen of vinger grote emotionele gevolgen heeft voor een kind en dat water met bloed tot grote consternatie kan leiden. Om die reden vragen wij de ouders/verzorgers in de buurt te blijven van het zwembad zodat troost en hulp van de ouders/verzorgers snel voorhanden is bij eventuele calamiteiten. Maar vooral wensen wij de kinderen (en ook u als ouders/verzorger) veel plezier toe bij VZV.

Bij aanvang van de eerste zwemles, in bad 0, gaat het kind de watergewenning ervaren. Er zullen veel spelletjes worden gespeeld en diverse vormen van te watergaan, door het water bewegen en ervaren wat water op een kinderlichaam doet. Ook gaan wij de leerling leren en begeleiden dat er voorwerpen van de bodem gepakt moeten worden, bij veel kinderen is dat geen probleem maar enkelen hebben daar grote problemen meen en gaat de angst en daarbij het verdriet de overhand krijgen. Onze lesgevers doen er alles aan om te troosten en het vertrouwen te geven zodat uiteindelijk het onder watergaan ook voor hen geen probleem meer is. Ook gaat spelende wijs het drijven op buik en rug aangeleerd worden. Als de kinderen daarbij het drijven op buik en rug met afzet van af de kant onder de knie hebben is dat het criterium dat de overgang naar bad 1. De overgang naar een ander bad gaat altijd gepaard met behulp van het “beroemde” briefje waarin aangegeven wordt dat de overgang naar het volgende klasje gemaakt  gaat worden.

In bad 1 leert het kind de eerste stuwing met de benen zowel in buik als in rugligging. De stuwing uit de benen wordt aangeleerd door de beweging te maken in het horizontale vlak (kikkervoeten)  en het verticale vlak (trappelvoeten). De leerling krijgt hierbij wat hulpmiddelen zoals drijfkurken of plankje. Als de leerling deze vaardigheid bezit dat gaat hij/zij over naar het volgende bad. En dat is bad 2.

Ook bad 2 is op de zelfde locatie als de voorgaande baden, bad 0 en 1.  In bad 2 gaat het aanleren van de vaardigheden armslag bij op de buikzwemmen erbij komen (schoolslagarmen) en pogingen borstcrawlarmen. Ook mag daar een start gemaakt worden met armslag t.b.v. rugcrawl. Het grote probleem in dit bad is de coördinatie tussen armen en benen bij de schoolslag. Als de leerling dit beheerst en de bewegingen van de school- en rugslag zijn automatismen geworden dan mag de leerling naar bad 3. Omdat bad 3 op een andere locatie ligt in het zwembad wordt de ouder/verzorger via het beroemde briefje gevraagd om de eerste 2 x de leerling te begeleiden naar het betreffende bad. Dit om te voorkomen dat het kind gaat “zwerven” door het zwembad en op plekken verdaagd waar hij/zij in gevaar kan komen.

In bad 3 hebben we direct te maken met een iets wat dieper water (90cm). In dit bad gaat de leerling zich verder bekwamen in de schoolslag, rugslag en borst en rugcrawl. Ook gaat daar gestart worden met het drijven op buik en rug met de moeilijkheid dat dit uitgevoerd moet worden in de zeestervorm en raketvorm. Daarnaast wordt het onderwaterzwemmen beoefend d.m.v. of onder een mat doorzwemmen of door een zwemscherm.  In bad 3 wordt een aanvang gemaakt om de kinderen af en toe met een T-shirt te laten zwemmen om zo te wennen aan de weerstand daarvan. Dit wordt via het jaarrooster bekend gemaakt. Als de leerling in bad 3 zonder hulpmiddel (drijfkurken) de school- en rugslag beheerst dan gaat hij/zij over naar het daarnaast liggende bad en dat is bad 4. Ook hiervoor krijgt de leerling een briefje.

In bad 4 gaan de lessen hoofdzakelijk om de 4 zwemslagen (school-, rugslag en borst- en rugcrawl) te optimaliseren. Door frequenter rondjes te zwemmen i.p.v. baantjes wordt de conditie op peil gebracht dit om het kind gereed te maken voor het wedstrijdbad waar de banen 25mtr lang zijn en dus een groter uithoudingsvermogen vereisen. In bad 4 wordt ook het watertrappen aangeleerd en als voorbereiding op de waterpolosport doen we dit met de benen onafhankelijk van elkaar. Daarnaast wordt in bad 4 het onderwaterzwemmen beoefend met als startpunt geknield van af de kant en direct een meter onderwaterzwemmen. Als het kind na beoordeling diepe bad gereed is wordt hij/zij vrijwillig meegenomen naar het diepe bad. In het diepe bad (min 2mtr) wordt het kind dan begeleid door de lesgever die eerst in het water gaat en vervolgens het kind in het water vraagt. De stap in dit bad is zeer heftig omdat het ten eerste een paar graden kouder is als bad 4 en de wetenschap dat het diep is. Vertrouwen gevend en stimulerend zwemt hij/zij dan met de lesgever een ½ baantje op de buik en een ½ baantje op de rug. Alleen  maar om vertrouwd  te raken met de verandering.  Als het vertrouwen er nog niet is en de leerling zwemt verkrampt of angstig wordt deze oefening beëindigd en gaat het weer terug naar bad 4. De volgende les wordt dit herhaald totdat het kind vertrouwd is met de nieuwe omgeving. Kinderen die blijk geven dat ze vertrouwen en geen angst hebben mogen direct in het betreffend bad blijven. Zij worden dan opgenomen in de afzwemploeg. Het woord zegt het al, daar wordt het kind klaar gestoomd voor het afzwemmen voor het A-diploma. Springen/duiken van de hoge kant, 25meter banen zwemmen om vervolgens door te gaan naar 100 meter afstand. Borst- en rugcrawl zwemmen over 5 meter. Het onderwaterzwemmen over een afstand van 3 meter na (kop)sprong vanaf de hoge kanten daarna zonder boven te komen door het zwemscherm. Het gekleed zwemmen met kleding aan volgens kledingeis is een der frequent terugkerende oefeningen die daar gedaan moeten worden.  De data voor gekleed zwemmen wordt via het jaarrooster bekend gemaakt. Als de vaardigheden die volgens NRZ eis bereikt zijn wordt er proef gezwommen en daar moet de leerling op alle onderdelen volgens diploma-eis voldoende scoren. Als dat het geval is krijgt de leerling een uitnodiging om af te zwemmen. Afzwemdata zijn vooraf het seizoen reeds gereserveerd en vastgelegd in het jaarrooster.

Afzwemmen voor het zwem-ABC gebeurt bij de VelserZwemVereniging altijd op een zondagmiddag. Daar moet, de leerling in aanwezigheid van maximaal 3 familieleden en 1 gediplomeerde examinator de geleerde vaardigheden tonen. Als deze vaardigheden voldoende zijn uitgevoerd krijgt de leerling het begeerde diploma uitgereikt. Op het diploma is een kattenbelletje geplakt met de vermelding van de zwemtijden van de lessen voor het B diploma.

Het oefenen voor het B diploma wordt in het diepe wedstrijdbad gedaan. Alle vaardigheden die vereist worden voor het B diploma worden volgens lesplan beoefend en ook daar komt een moment dat de vaardigheden op een zodanig niveau zijn gekomen dat de leerling deel mag nemen aan het proefzwemmen, hetgeen, wat net als het afzwemmen om de +/- 15 weken plaats vindt. Bij voldoende scoren op alle onderdelen mag de leerling deelnemen aan het afzwemmen voor het B-diploma. Als de vereiste  vaardigheden voldoende zijn uitgevoerd krijgt de leerling ook het begeerde B-diploma uitgereikt. Op het diploma is ook hier een kattenbelletje geplakt met de vermelding van de zwemtijden van de lessen voor het C- diploma.

Na het behalen van het B diploma kan de leerling doorgaan voor het C diploma hetgeen ook dringend wordt aanbevolen aan het kind en de ouders. Want na het behalen van het C-diploma kan en mag je zeggen dat de leerling zwemveilig is. Het C-diploma eisenpakket is een redelijk zwaar programma waar het survivalgedeelte zeer uitgebreid is. Daarnaast moeten er lange trajecten school- en rugslag gezwommen worden. Om de waterpolosport te promoten wordt de leerling gedurende het oefenen voor het C diploma in de gelegenheid gesteld om deel te nemen aan het mini-puppen waterpolo-opleiding. Dit vergroot met rasse schreden de conditie die nodig is voor het behalen van het C diploma en wordt een basis gelegd naar de prachtige teamsport waterpolo.

 

Kwaliteit van het zwemonderwijs

Aan de kwaliteit van het zwemonderwijs zal continue worden gewerkt. Bestuur en de lesgevers zijn overtuigd dat er minimaal gedurende 8 uur per jaar opgeleid dient te worden om aan de  kwaliteitsnorm en eis zoals die zijn gesteld in de BREZ. en door de NRZ. Tijdens deze opleiding zal als leidraad de BREZ zijn en zal er uitvoering aandacht worden besteed aan didactische en pedagogieke vaardigheden.  Ook zal door onze medewerkers steeds weer worden gezocht naar effectiever, zinvoller en nog aantrekkelijker vormen van zwemonderwijs.

 

 

Contacten met ouders.

 

Ouders en leerkrachten staan er samen voor de leerling zo goed mogelijk te begeleiden in de ontwikkeling. Daarom vinden wij een goede samenwerking belangrijk. Van onze kant betekent dit dat wij de ouders minimaal 3 keer per seizoen inzicht geven in de vorderingen van de leerling dmv kijkavond bij de door hun kind/pupil te volgen les. Deze kijkavonden staan aangegeven bij de ingang van het zwembad, deze worden aangekondigd dmv een aanplakbiljet op de flipover. Daartoe worden de ouders uitgenodigd om bij de zwemlessen aanwezig te zijn. Het zwembad mag u alleen betreden met (blauwe) overschoentjes, op badslippers of op blote voeten. Tevens heeft de ouder/verzorgen de mogelijkheid om de lessen te volgen vanaf de tribune van het zwembad. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om bij de betreffende zwemonderwijzer informatie in te winnen over de vorderingen( voor of na de les). Ook bestaat de mogelijkheid om via het contactformulier op de site van de vereniging digitaal contact te vragen met de lesgever. De betreffende zwemonderwijzer reageert via dit formulier naar de ouder/verzorger. Tevens stellen wij informatie over de leerling op prijs, voor zover dit volgens de ouder van invloed kan zijn op de vorderingen in het zwembad.

Op het inschrijfformulier kunnen de ouders veel informatie kwijt over bijvoorbeeld de medische gegevens van de leerling of het soort onderwijs dat het kind volgt.

 

Groepsgrootte

 

Voor het A-diploma wordt gewerkt in vijf niveaugroepen. Alhoewel de grootte van deze groepen enigszins kan wisselen, wordt als basis bij het oproepen van een nieuwe groep uitgegaan van de groepsgrootte van max. 12-14 kinderen.

 

Dit betekent dat voor alle niveaus tot en met het C diploma wordt gestreefd naar een groepsgrootte van maximaal 10-12 leerlingen per lesuur. Op maandagavond is de groep in bad 5, vooral tegen de afzwemdata aan, wat groter. Daarom zetten wij op die avond minstens 3 lesgevers in.

Manier van lesgeven.

 

Bij de wijze van lesgeven zal niet voorbij worden gegaan aan de verschillen in aanleg en individuele vaardigheden van de leerlingen. Om dat te bereiken zal het lesgeven op verschillende manieren verlopen.

Er wordt  klassikaal gewerkt maar individueel beoordeeld. Alle leerlingen krijgen tegelijkertijd instructie. Als de leerlingen eenmaal aan het werk zijn, begeleidt een van de zwemonderwijzers de kinderen individueel verder. Kinderen die een aangepaste of juist meer uitleg nodig hebben krijgen die dan.

 

Gebruik materiaal tijdens de lessen. Er wordt tijdens de lessen  gebruik gemaakt van hulpmiddelen. Zo is bijvoorbeeld het gebruik van drijfkurken en flexibeams  mogelijk. Per zwemslag is het mogelijk dat kinderen wisselen van hulpmiddelen. Wel wordt veelvuldig gebruik gemaakt van allerlei spel-, leermaterialen.   

Er wordt zoveel mogelijk gedifferentieerd. Ook het doorschuifsysteem naar een hogere klas is individueel gericht.

********************************************************************************************************************************* 

 

 Basisprogramma per klasje.

 

Bad 0= Basisprogramma  (watergewenning)

 

Basiselement

Hoofdaccenten

Te water gaan

In het water staan, gaan, lopen, zitten,  hinken, springen.

      Vormen van verplaatsen.

      Verdragen van spatten

 Zittend vanaf de kant te water

 Vanaf de kant zelfstandig te water springen

Onder water

 Onder de douche, rechtop staan, ogen open.

      Onder water zijn en gaan.

      Vallen en opstaan.

 Dolfijnen

      Voorwerp van de bodem pakken

 Onder drijvend voorwerp heengaan    

Drijven

 Komen tot drijven op de rug en zelfstandig komen tot staan

 Drijven en uitdrijven op de rug en gaan staan

      Komen tot drijven en uitdrijven op borst en gaan staan

 Een paar tellen op de bodem zitten en bellen blazen

Watertrappen

 Zittend of in hurkhouding komen tot zweef/drijfvormen

 In verticale houding drijven waarbij een drijfmiddel wordt vastgehouden

Draaien

 Draaien om de verticale as. Stilstaand en met verplaatsing

 In verticale stand met sprongetjes ¼ of ½ draai om lengte-as

 

Survival

 Onder water onder drijvend voorwerp gaan. Hoepel /slurf

Voortbew.vormen

 Loop/spring/stapvormen gericht op het ontwikkelen van watergevoel

 Vanuit drijfhouding komen tot stuwervaringen (ss,rs,bc,rc)

Ademhaling

 Over enkele meters aan de opp. een ballon/balletje vooruitblazen.

 Bellen blazen net onder het opp. en onder water

 Bellen blazen tijdens op de borst drijven

        

 

 

In dit bad vindt dus de watergewenning plaats en maken de kinderen op hun rug al kennis met de beenbeweging. Namelijk het in positie brengen van de benen en de voeten.

Wat zijn de onderdelen die een kind echt moet beheersen? Drijven buik/rug, zelfstandig komen tot drijven buik en/rug. Zodra ze een redelijke beenbeweging proberen te maken en de andere onderdelen gaan goed dan kan een kind door naar bad 1.

 

 

 

 

Bad 1  Schoolbeenslag en met hoofd in het water

Basiselement

Hoofdaccenten (H is herhaling, N is nieuw aan te leren)

Te water gaan

H. vanaf de kant zelfstandig te water springen

Onder water

H.  onder drijvend voorwerp gaan

Drijven

H.  Drijven op rug en gaan staan

           Drijven op de  borst en gaan staan

N.   een paar tellen op de bodem zitten

Draaien

H.  Drijven en draaien van borst naar rug en terug

Survival

H.  onder drijvend voorwerp gaan, hoepel/slurf

Voortbew.vormen

N.  aanleren schoolbeenslag (hoofd in water, max 2 correcte beenslagen, dan hoofd boven water.)

N.  aanleren rugbeenslag (armen naast lichaam tbv stabiliteit)

N.  aanleren bc-benen

N. aanleren rc-benen

Ademhaling

H.  Bellen blazen tijdens het op de borst drijven

 

Wat zijn de onderdelen die een kind echt moet beheersen?

Technisch goede school- en rugbeenslag.

Aangeleerd bc en rc beenslag.

Dit beheersend kan een kind naar bad 2

 

Bad 2  Aanleren schoolslagcombinatie met het hoofd uit het water

 

Basiselement

Hoofdaccenten (H is herhaling, N is nieuw aan te leren)

Te water gaan

H.  vanaf de kant zelfstandig te water springen

Onder water

H.  onder drijvend voorwerp gaan

 

 

Draaien

H.  Drijven en draaien van borst naar rug naar borst

Survival

H.  onder drijvend voorwerp gaan

Voortbew.vormen

N.  aanleren schoolslag combinatie (hoofd boven water)

N.  verbeteren rugbeenslag (armen meer naast lichaam tbv stabiliteit)

H.  verbeteren bc-benen en armslag aanleren

H. verbeteren rc-benen en armslag aanleren

Ademhaling

N.  Ademhaling bij rugbeenslag

 

 

Wat zijn de onderdelen die een kind echt moet beheersen?

-Goede schoolslagcombinatie met het hoofd boven het water- en rugslag met armen langs het lichaam of handen in zij(stabiliteit).

-Aangeleerd hebben beginners bc- en rc beenslag en armslag.

Dit beheersend kan een kind naar bad 3

 

Bad 3 Verbeteren schoolslag, aanleren bc en rc armen en kennismaken met diep water

 

Basiselement

Hoofdaccenten (H is herhaling, N is nieuw aan te leren)

Te water gaan

N.  Vanaf de kant springen en de bodem aantikken met je handen

Onder water

N.  onder voorwerp gaan (zwemmend)

N  diepwateroriëntatie (ringen opduiken)

Drijven

H.  Drijven op rug/borst             

H.  een paar tellen op de bodem zitten/liggen

N.  onderwater zakken dan afzet van de kant in borstligging en enkele meters onder water uitdrijven (evt uitdrijven door hoepel of duikzeil)

 

 

Draaien

N. Aantal slagen op de buik daarna drijven, ½ draai en drijf op de rug. Deze oefening kan ook omgedraaid worden, dus dan beginnen met rugslag.

Survival (kleding)

N.  Springen/zwemmen in diepe gedeelte bad 3, naar de kant voortbewegen en er uit klimmen / T-SHIRT met lange mouw

Voortbew.vormen

H.  Verbeteren schoolslag combinatie (met en zonder hulpmiddel) stand handen verbeteren

H.  Verbeteren rugbeenslag (armen passief bij voorkeur  in de zij)

N.  verbeteren bc-armen/benen

N. verbeteren rc-armen/benen

Ademhaling

H  Ademhaling bij rugbeenslag

N  Ademhaling bij de schoolslag (handen naar voren blazen)

 

 

Wat zijn de onderdelen die een kind moet beheersen?

-Technisch goede schoolslagcombinatie met het hoofd uit het water- en rugslag met armen langs het lichaam of handen in zij(stabiliteit).

-Aangeleerd hebben bc- en rc beenslag en armslag.

Dit beheersend kan een kind naar bad 4

 

 

 

 

 

 

 

Bad 4 : met en Zonder hulpmiddelen

 

Basiselement

Hoofdaccenten (H is herhaling, N is nieuw aan te leren)

Te water gaan

H .  Vanaf de kant springen en de bodem aantikken met je handen

N.  Springen aan de diepe kant bad 4 en eruit klimmen

N.  Start aanleren kopsprong door zittend op de knieën op de kant in juiste houding te water laten glijden (matje gebruiken ter bescherming knieën)

Onder water

H.  diepwateroriëntatie (ringen opduiken)

N.  onder water zwemmen (schoolslag) en door gat (hoepel/zeil)

Drijven

H.  Onder water laten zakken afzetten van de kant in borstligging en enkele meters onder water uitdrijven.

N.  Drijf en uitdrijfoefeningen

Watertrappen

N.  Watertrappen met gebruik van armen en benen

Draaien

N.  Zwemmen op de borst, draaien naar rug en van rug naar borst.

Survival

N.  Met T-SHIRT aan, schoolslag, rugslag, voetsprong, watertrappen

Voortbew.vormen

H.  Verbeteren schoolslag combinatie (zonder hulpmiddel)

H.  Verbeteren rugbeenslag (armen passief,  bij voorkeur armen in de zij)

H.  Verbeteren bc ( benen doorlopend, a-symetr. verticale beweging, armen over het water

H.  Verbeteren  rc ( benen doorlopend, a-symetr. verticale beweging en armen a-symetr. over het water.

Ademhaling

H.  Ademhaling bij rugbeenslag

N.  Ademhaling bij de schoolslag bij voorkeur vlak over  water uitademen

 

Wat zijn de onderdelen die een kind echt moet beheersen?

-Technisch goede schoolslagcombinatie met het hoofd uit het water- en rugslag met armen langs het lichaam of handen in zij(stabiliteit) over langere afstand. Rondje bad 4 +/- 25meter.

-Aangeleerd hebben bc- en rc beenslag en armslag.

-Watertrappen met benen gelijktijdig of onafhankelijk van elkaar.

-Kopsprong vanuit zit op knieën

-Vertrouwd zijn met diep en kouder water (gewenning wedstrijdbad)

Dit beheersend kan een kind naar bad 5

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bad 5 Diepe bad

 

Basiselement

Hoofdaccenten

Te water gaan

 Met kleding een voetsprong en helemaal onder gaan

Voetsprong/kopsprong

Onder water

Te water gaan, (kopsprong heeft voorkeur, voetsprong mag ook) , bewegen en oriënteren en door zeil op 3 m. Voetwaarts richting bodem zakken

Drijven

Afzet van de kant enkele slagen ss, 5 sec uitdrijven op de borst,3 slagen, ½ draai naar rugligging, 10 sec. drijven op de rug.

Watertrappen

Met kleding 15 sec. m.b.v. armen en benen

In badkleding 60 sec. met 2x draai om de l-as

Draaien

½ draai van buik naar rug, 2x draai om lengte as bij watertrappen

Survival

12½ meter gekleed zwemmen (voetsprong, watertrappen, schoolslag/ rugslag, uit water klimmen)

Voortbew.vormen

Gekleed, 12,5 meter zwemmen.

2x25 meter schoolslag

2x25 meter rugslag

5 meter borstcrawl (benen doorlopende, a-symetr. verticale beweging, armen over het water a-symetr. over het water)

5 meter rugcrawl  (benen doorlopende, a-symetr. verticale beweging en armen a-symetr. over het water

Ademhaling

Correcte ademhaling bij schoolslag en enkelvoudige rugslag

 

 

Indien een kind de bovenstaande onderdelen beheerst mag het opgaan voor het A diploma

 

 

Benamingen/ kreten etc:

Badje 1en 2:

  • Hakken plakken of Kikkervoetjes (wat kind begrijpt)
  • Rondje:
  • Lang of sluit

A diploma: potloodsprong (rechtstandig te water en geheel onder water gaan)

B diploma :  ½ draai om lengte-as  ( horizontaal)          

                    Potloodje=  geheel onder water gaan (verticaal) na watertrappen.

 

 

Vorderingen en vorderingenregistratie

Vorderingen

Mochten er leerlingen zijn die aan alle eisen en vaardigheden voldoen van het huidige niveau is het mogelijk deze individueel door te laten doorstromen naar een volgend niveau. Aangezien als uitgangspunt is gekozen voor zwemonderwijs dat gericht is op de individuele leerling betekent dit dat tijdens deze 'meetmomenten' het individuele zwemniveau tussen leerlingen zal afwijken. Dit betekent ook dat de leerlingen specifieke zwemvaardigheden op verschillende momenten zich eigen zullen en kunnen maken.

 Kinderen die vorderen veranderen van groepsniveau. De kinderen die bevorderd worden krijgen als ze naar een ander niveau  doorstromen  een briefje van de lesgever. Zo is het voor ouders en leerlingen direct duidelijke dat er een verandering heeft plaats gevonden.

 Vorderingenregistratie

Vanaf het moment dat de leerlingen starten met het zwemonderwijs zullen zij worden gevolgd door middel van een registratiesysteem. Het doel van de registratie is om de zwemtechnische ontwikkelingen van de leerlingen bij te houden. De registratie zal door de zwemonderwijzers worden bijgehouden. Bij dit registratiesysteem zullen de volgende gegevens worden vastgelegd:

  • personalia
  • eventuele informatie welke ouders van belang vinden om te verstrekken met het oog op het individuele motorisch leerproces
  • bijzonderheden met het oog op het motorisch leren, zoals is opgemerkt door de zwemonderwijzer
  • data doorstroming naar volgende niveaus
  • presentie per les
  • vorderingen

 

Dit registratiesysteem wordt met de hand bijgehouden door de lesgevers.

Dit wordt bijgehouden in de vorm van een presentielijst.

 

De start van de zwemlessen

Om een stukje kwaliteit en uniformiteit te waarborgen zijn een aantal zaken m.b.t. inschrijving en de start van de zwemles op een zelfde manier georganiseerd.

Kinderen kunnen ingeschreven worden. Daarbij worden zij op de wachtlijst geplaatst en rond het 5de levensjaar worden zij dan opgeroepen voor de eerste zwemles. Inschrijving vindt plaats voor de eerst genoten les en gaat de lidmaatschapcontributie per kwartaal plaatsvinden.

 

De start van de zwemles

Als in het eerste bad waarin lesgegeven wordt maximaal 4 kinderen zijn overgebleven en plaats beschikbaar is voor aanvulling wordt de klant,  telefonisch of per mail , een startdatum en tijd afgesproken. De klant ontvangt hierbij alle relevante informatie waaronder het te betalen bedrag.

 

De eerste zwemles

De ouder en het kind melden zich op de afgesproken tijd in het zwembad. Kind en ouder worden begeleid tijdens deze eerste les. Kinderen worden direct door lesgever naar betreffend badje genomen terwijl ouders informatie krijgen van verenigingslid. Ongeveer 10 minuten later mogen de ouders aanwezig zijn bij de eerste les.

Organisatie niveaugroepen

Eens per jaar wordt de standplaats van lesgevers gewisseld, dit doen wij om het kennisniveau van de lesgever zo breed mogelijk te houden en te voorkomen dat het kind met steeds andere lesgevers wordt geconfronteerd.

Interne organisatie

Naast de coördinator , die de dagelijkse leiding heeft van het zwemABC, is er een vast team van mensen met kennis van het elementair zwemonderwijs. Het zwemonderwijs wordt verzorgd door gekwalificeerde zwemonderwijzers. Het is van groot belang dat de coördinator ook elke week bij deze lessen aanwezig is om allerlei zaken te bewaken/ monitoren, zoals de bezettingsgraad, vorderingen leerlingen, evt. problemen bij doorschuiven, oproepen leerlingen etc.

 

EHBO

In de directe nabijheid van de baden bevindt zich een EHBO-ruimte. Hier zijn verbandmiddelen en een brancard aanwezig.. Eenvoudige hulp zal door de daartoe bevoegde zwemonderwijzers worden verleend. Een BHV’er van het zwembad “de Heerenduinen”  is ook aanwezig en die kan ondersteunen.

 

Diplomazwemmen

  1. De VelserZwemVereniging vaardigt diploma’s uit van de Nationale Raad Zwemveiligheid. Dit zijn landelijk erkende zwemdiploma’s.
  2. Pas als uw kind voldoet aan de door de NRZ gestelde eisen van het diploma mag uw kind afzwemmen.

Indien uw kind mag afzwemmen ontvangt u een schriftelijke uitnodiging met daarop de afzwemdatum en alle relevante informatie.

 

  1. Afzwemmen vindt plaats op in het jaarrooster vermelde data. Na de seizoenstart zal er ongeveer om de 15 weken worden afgezwommen
  2. Indien uw kind ná het examen wilt doorgaan voor een vervolg diploma dan behoeft u niets te doen ,u kind heeft bij het verkregen diploma een briefje bijgesloten gekregen met de tijd van de vervolg les
  3. Indien uw kind wilt stoppen ná het behalen van een diploma, dient u dit direct schriftelijk door te geven aan de ledenadministratie van de vereniging.

 

 

Zwemtijden.

 

De zwemtijden van de lessen van het zwemABC vinden altijd plaats op een maandag en/of  een woensdag.

De leerlingen voor het A diploma zwemmen 2 x per week, dus op maandag- en op woensdagavond. De leerlingen voor het C zwemmen 1x per week en wel op woensdagavond.

De groep B zwemmers is gedeeld over 2 avonden en oefenen respectievelijk op maandag- of op woensdagavond.

 

 

Herzien, IJmuiden, 02-2023.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!